
■ Beveiliging
Wanneer beveiligingsfuncties zijn ingeschakeld waarmee de mogelijke
oproepen worden beperkt (zoals het blokkeren van oproepen, besloten
gebruikersgroepen en vaste nummers), kunt u mogelijk nog wel het
geprogrammeerde alarmnummer kiezen.
Selecteer
Menu
>
Instellingen
>
Beveiliging
en een van de volgende
opties:
PIN-codeaanvraag
— om de telefoon naar de PIN- of UPIN-code te
laten vragen telkens wanneer de telefoon wordt ingeschakeld. Bij
sommige SIM-kaarten kan het vragen naar de PIN-code niet worden
uitgeschakeld.
Oproepen blokkeren
— om inkomende en uitgaande oproepen te
beperken (netwerkdienst). Hiervoor hebt u een woord nodig.
Vaste nummers
— als u uitgaande oproepen wilt beperken tot
geselecteerde telefoonnummers, als dit door uw SIM-kaart wordt
ondersteund.
Beperkte groep gebruikers
— om oproepen te beperken tot oproepen
naar en van een bepaalde groep personen (netwerkdienst).
Beveiligingsniveau
>
Telefoon
— als de beveiligingscode moet worden
gevraagd wanneer er een nieuwe SIM-kaart in de telefoon wordt
geplaatst. Als u
Geheugen
selecteert, wordt de beveiligingscode
gevraagd wanneer het SIM-kaartgeheugen is geselecteerd en u het
gebruikte geheugen wilt wijzigen.
Toegangscodes
— om de gebruikte PIN-code of UPIN-code in te stellen
of om de beveiligingscode, de PIN-code, de UPIN-code, de PIN2-code en
het oproepblokkeerwachtwoord te wijzigen.
Code gebruiken
— om in te stellen of de PIN-code of de UPIN-code
actief moet zijn.
Autorisatiecertificaten
of
Gebruikerscertificaten
— om de lijst met
autorisatiecertificaten of gebruikerscertificaten te bekijken die naar de
telefoon is gedownload. Zie Certificaten op pagina 121.

I n s t e l l i n g e n
86
Instell. beveiligingsmodule
— als u de
Gegev. beveiligingsmodule
wilt
bekijken, activeert u
Verzoek PIN voor module
of wijzigt u de module-
PIN en de ondertekenings-PIN. Zie ook Toegangscodes op pagina 10.